NB: Haal de pastrami vast uit de koeling om te chambreren.
2
Verwarm de oven voor op 220 graden.
3
Schil ¾ stuks koolrabi en snij in vieren of achten. Snij de helft in dunne plakjes voor in de sla, en de andere helft in wedges voor in de oven. Was 300 g aardappelen en snij in wedges.
4
Meng de aardappelen en koolrabi met olie, peper en zout. Verdeel over een met bakpapier beklede bakplaat en bak 15 minuten. Voeg daarna 2 stuks ciabatta's toe en bak alles samen nog 5–6 minuten.
5
Maak de ingelegde venkel. Meng in een ruime kom 1½ el witte wijnazijn, 1½ el water en ½ el suiker tot de suiker is opgelost. Verwijder het loof en de onderkant van ½ stuk venkel. Snij in hele dunne reepjes en schep goed door de azijn. Laat staan tot gebruik.
NB: Gebruik de kleinste venkel uit de box voor dit recept.
6
Maak een vinaigrette van ½ el rode of witte wijnazijn, 1 tl (Dijon) mosterd, 1½ el olijfolie extra vierge, peper en zout. Doe de dunne plakjes koolrabi erin. Snij 1 stronkje roodlof in ringen en voeg toe. Meng vlak voor het aan tafel gaan 25 g spinazie er voorzichtig door. Bewaar een handje spinazie voor op de broodjes.
7
Snij afgebakken ciabatta’s open, besmeer met de mosterd-mayonaise en beleg met wat spinazie, de pastrami en ingelegde venkel.
8
Serveer het broodje met de salade, aardappelen, koolrabi en de rest van de mosterd-mayonaise.